Jakarta 2 mei 1995
 
 

 


Na een enerverende rit zijn we heelhuids
in ons Guest-house aangekomen en
maakten we kennis met mevrouw Tan.
Wij kregen de beschikking over een
grote slaapkamer met A.C. en een
badkamer met W.C.
douche en bad.
Er was alleen geen warm water,
maar ja het is buiten al warm
genoeg en het water is niet ijskoud.



Ons Guest-house.

 



Onze tuin.

Het ontbijt was 's morgens om 7.00 uur,
daarna zijn we met een taxi naar
Blok M gegaan.
Daar staat een groot warenhuis
van 8 vediepingen.
Na terugkomst eerst gegeten, wat
gerust en daarna naar een
Pasar in de buurt geweest.
Erg gezond is zo'n wandeling niet.
De straten hangen vol met
uitlaatgassen en vaak ontbreekt
een stoep zodat je op de rijweg
moet lopen.
Naast de Pasar is er ook een
vogeltjes markt met de mooiste vogels.
Ook Eekhoorns, Aapjes etc. kon
je daar kopen.
Na de Pasar thuis gekomen, koffie
gedronken, wat gegeten en
vroeg naar bed.
Morgen gaan we naar het oude
gedeelte van Jakarta.
 
 

Het Monas monument.
Jakarta 3 mei.

Het was een bewolkte dag met zo nu en dan een
regenbui.
(Tropische zon, hoezo en wanneer).
Een bediende hield voor ons een taxi aan.
Ons eerste reisdoel was het Monas monument.
Dat is een grote hoge toren met daaronder een museum.
Met de lift omhoog en die was ongeveer 1 bij 1 meter
en er mochten 8 personen in, nu je begrijpt je moet
geen angst voor kleine ruimtes hebben.
Krakend bereikte we het uitkijkplatform,
meer dan 100 meter hoog.
Jammer genoeg was het heel nevelig, maar van die hoogte af is het uitzicht toch wel heel vreemd.
Tussen toren hoge bank en kantoor gebouwen zie je enkele kleine huisjes staan met klapperbomen in de achtertuin en smalle weggetjes naast 2 x 4 baans tolwegen.



Uitzicht richting stad.
 
  Na het bezoek aan het Monas monument hebben we een taxi genomen
richting Pasar Ikan en Sunda Kelapa.
Met een totaal verpauperde buurt en met een kanaal vol stinkend afval
maakte deze omgeving op ons een sinistere indruk.
Ik vond het angstig om daar te lopen.
Bedelaars en rommelverkopers vielen ons om de meter lastig.
Nadat we enkele opnamen van hout ladende schepen
hadden gemaakt zijn we weer terug gelopen en een taxi geroepen.
Helaas was dit niet een taxi die je eigenlijk moet nemen
maar we wilden zo gauw mogelijk weg daar.
Dit was een President taxi.
Waar we op de heenweg in totaal 6500 Rupia's
voor moesten betalen was het nu 20.000 Rupia's.
Daar staat echter tegenover dat we heel Jakarta in alle richtingen
doorkruist hebben.
Het ene ogenblik reden we op een snelweg en het andere ogenblik
reden we door een Kampong waar je nauwelijks kan passeren.
Ik wil nog wel even vertellen dat we de deuren van de taxi direct
op slot moesten doen, zodat ze van buitenaf niet
opengemaakt kunnen worden.

 



De Haven.

 




Het opgeslagen hout, wat gelost moet worden.
   


's Middags, na wat gerust te hebben, zijn we gaan winkelen en een restaurant opgezocht
waar we 's avonds zouden gaan eten.
Nu ja hier is het diner 's avonds tussen 18.00 en 18.30 uur, aan de overkant van ons huis hadden we een restaurant
gezien, dus even ons opfrissen en dan weg.
Vlak voordat we weg wilden gaan riep Mevrouw Tan ons, die opgetogen kwam vertellen dat ze een grote
maaltijd had geregeld met veel Satéh en verschillende andere gerechten.
Het eten smaakte ons prima en vooral de Satéh was erg lekker.
Geen 3 stokjes met hompen vlees eraan, maar tientallen stokjes met lekkere kleine stukjes knapperige kip en een
erge lekkere pindasaus.
Papaya kregen we als nagerecht, en daarna koffie in de tuin.

Dit wordt onze laatste nacht bij mevrouw Tan want morgenochtend vertrekken we naar Bandung.

Op de terugweg verblijven we weer voor een paar dagen bij mevr. Tan in Jakarta.


   
 

De reis naar Bandung.
4 mei.

 
 


Onze Sopir.
Na het ontbijt had mevrouw Tan een auto met "Sopir" (chauffeur)
geregeld die ons via de Bogor en de Puncak pas
naar Bandung zou brengen.
Ze had bovendien voor één nacht (meer dagen was niet mogelijk)
een overnachting geregeld in Bandung bij
mevrouw Diti Sukarsih Hasan Setiono.
Om ongeveer 8 uur 's morgens vertrokken wij uit Jakarta, met
achterlating van één van onze twee tassen.
 
  Vanuit Jakarta over de tolweg via Bogor richting
Puncak pas.
Via een stijgende en kronkelige weg reden we langzaam
de regen en mist tegemoet.
Onze (en ook alle andere) Sopir haalde bij voorkeur
de voor hem rijdende auto's in.




Regen en Mist.

 
 


De DC-6.

 

De klakson bespeelde hij of het z'n levensverzekering was.
Vlak voor de top van de pas stond er tot onze grote verbazing
een vliegtuig langs de kant.
Het was een DC-6 die was beschilderd met reclame
voor een Japans
filmmerk.

 
   



Om ons heen allemaal thee-plantages met rijen vrouwen die de blaadjes van de struiken plukken.
En inderdaad hadden de vrouwen puntige hoedjes op, die je wel eens op films ziet, het is dus echt hoor.
Omlaag gaand van de pas kwam de zon zo nu en dan weer door de wolken heen.
De rest van de tocht ging door marmer en kalk afgravingen en sawah's.
We werden netjes voor de deur van ons Guest-house afgezet en hebben de sopir betaald.

 

 

 

 

 
   

Top

 

Java



Bandung

Jogyakarta

Laatste dagen Java